De JA pleit sinds 2022 voor een gecontroleerde afbouw van de capaciteit van de JeugdzorgPlus-instellingen, en voor de opbouw van alternatieven. Volgens de monitor JeugdzorgPlus met peildatum 1 oktober 2025 is de landelijke bezettingsgraad nog altijd te laag om de instellingen op een financieel gezonde manier te exploiteren en af te bouwen. De NZa neemt vanaf 1 januari 2026 de taken van de JA over, en zet vanaf dat moment ook de monitor JeugdzorgPlus voort.
Sinds een aantal jaar wordt landelijk gestreefd naar afbouw van de JeugdzorgPlus. Het huidige beleid in de jeugdhulpsector is gericht op nul jongeren in de gesloten jeugdhulp in 2030. Omdat de afbouw van de JeugdzorgPlus continuïteitsrisico’s met zich meebrengt, bracht de JA elk kwartaal in kaart wat de capaciteit en bezetting is van alle JeugdzorgPlus-instellingen in Nederland.
Bezettingsgraad blijft laag
In totaal waren er op 1 oktober 2025 525 plaatsen beschikbaar bij de geregistreerde JeugdzorgPlus-instellingen, net zoveel als op de vorige peildatum. En er verbleven 405 jongeren in de gesloten jeugdhulp, waarmee de bezetting met 3 procent is gedaald ten opzichte van de vorige meting. De bezettingsgraad is nu 77 procent. Met de huidige bezettingsgraad staat een financieel gezonde exploitatie van de JeugdzorgPlus-accommodaties nog steeds onder druk.
Opbouw van alternatieven
Op 1 oktober 2025 konden JeugdzorgPlus-instellingen 27% van hun capaciteit inzetten voor hybride voorzieningen: 144 plekken. Dat betekent een groei van 10,8% in de ombouw naar hybride voorzieningen sinds de eerste meting van 31 maart 2024. Hoewel de opbouw van alternatieven nog niet goed gemeten kan worden, geeft dit toch een indicatie van de ombouw bij de JeugdzorgPlus-instellingen. De JA, en straks de NZa, verkent samen met de sector hoe we alternatieven zo kunnen monitoren dat het toegevoegde waarde oplevert.
NZa gaat door met de monitor
Per 1 januari 2026 gaat de JA op in de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa). De vaste medewerkers van de JA zetten hun werk bij de NZa voort. De JA heeft recent in het veld het nut en de noodzaak van de monitor JeugdzorgPlus getoetst. Daaruit bleek dat de monitor van waarde is voor de sector. De inzichten uit de monitor helpen om te sturen op beleidsmatige doelstellingen. Daarom zet de NZa deze monitor vanaf 1 januari 2026 voort. Daarbij heeft de NZa de ambitie deze verder uit te breiden, om in de toekomst meer zicht te geven op de ontwikkeling en beschikbaarheid van alternatieven.