“Je zou alles voor de jongeren willen blijven doen, maar dat kan niet altijd”

Zo’n 20 zorgfinancials en bestuurders van jeugdzorgaanbieders uit de provincies Groningen, Drenthe en Friesland bezochten afgelopen donderdag de informatiebijeenkomst van de Jeugdautoriteit over vroegsignalering. Een uitgelezen moment om de aanwezigen te introduceren met ons Early Warning System (EWS): een gegevensplatform waarmee continuïteitsrisico’s van jeugdhulpaanbieders en gecertificeerde instellingen vroegtijdig kunnen worden gesignaleerd. Door analyse van gegevens over bijvoorbeeld liquiditeit, personeel, bedrijfsresultaat en het aantal cliënten kan het EWS helpen de continuïteit en beschikbaarheid van jeugdhulp, jeugdbescherming en jeugdreclassering beter te waarborgen.

Waarom is een EWS van belang? Hoe houdt het gegevensplatform rekening met onderaannemers?  En wat voegt het EWS toe voor aanbieders die al kampen met werkdruk? Een greep uit vragen die de aanwezige zorgfinancials ter sprake brachten. “Het EWS helpt om op centraal niveau een beeld te vormen van hoe het gesteld is met de continuïteit van zorg. Dit beeld is belangrijk zodat jeugdhulpaanbieders, GI’s, gemeenten en regio’s eerder met elkaar in gesprek kunnen over oplossingen voor deze risico’s”, trapt Kees van Nieuwamerongen, directeur van de Jeugdautoriteit de bijeenkomst in Assen af. “Onze rol hierbij is bijvoorbeeld het bemiddelen tussen jeugdhulpaanbieders en gemeenten met als doel tot concrete oplossingen te komen rond zaken als werkwijzen, verruiming van budgetten en een open gesprek over tarieven”, voegt Gertjan Postma, projectleider van het EWS daaraan toe. Het EWS is kortom een hulpmiddel om te voorspellen wanneer het goed en minder goed met een jeugdzorginstelling gaat en tegelijkertijd geeft het een trendbeeld van bewegingen in de sector.

Het schip tijdig keren

Heet hangijzer waar open over werd gesproken was het aandachtspunt van bestaande werkdruk en lasten in de sector. “Wat voegt een extra gegevensuitvraag voor het EWS nu eigenlijk toe aan organisaties die het al druk genoeg hebben? Het is een terechte uitgesproken gedachte van een van de aanwezigen. “We hebben onze handen vol aan het helpen en zorgen dat we de bedrijfsvoering op orde hebben, denk bijvoorbeeld aan werkzaamheden als het innen van uitstaande vorderingen”, vertelt een aanwezige controller van Stichting MEE. Kees van Nieuwamerongen: “Aan de hand van de gegevens van aanbieders schatten wij continuïteitsrisico’s in waarmee we vroegtijdig het schip kunnen keren waar dat nodig is. Bijvoorbeeld bij organisaties die aan de rand van een faillissement kunnen komen te staan maar dat zelf wellicht nog niet scherp genoeg in het vizier hebben. Wij zien het als onze rol dit te helpen voorkomen. Op de vraag met welk gevoel de controller naar huis gaat: “Met het gevoel dat áls wij denken dat er iets loos is, wij in een vroeg stadium contact met de Jeugdautoriteit zouden kunnen zoeken en dit contact verder opbouwen waardoor nieuwe bronnen aangeboord kunnen worden om tot oplossingen te komen. Met deze positieve insteek ga ik nu naar huis”, voegt hij eraan toe.

Een ander relevant en actueel vraagstuk is hoe het EWS zich vertaalt naar hoofdaannemers die onderaannemers aanspreken om jeugdzorgtaken uit te voeren. Want: leveren zij straks allebei informatie aan en hoe ziet dit er in de praktijk uit? Het zijn in het licht van het steeds meer voorkomende hoofd- en onderaannemerschap belangrijke vragen van een onderaannemer uit de provincie Groningen. Deze vraag komt voor de Jeugdautoriteit echter net iets te vroeg vanwege nog lopend onderzoek naar de gevolgen van hoofd- en onderaannemerschap voor de continuïteit van zorg. Tegelijkertijd bevestigt deze vraag de relevantie van ons onderzoek en de noodzaak om hier in de verdere uitwerking van het EWS rekening mee te houden. We vroegen de directeur en eigenaar wat hij andere onderaannemers over het EWS zou vertellen na het beluisteren van nut en noodzaak ervan: “Het is mooi dat deze initiatieven er zijn. Ik ben van mening dat je moet blijven monitoren, maar ik lever al veel gegevens voor verschillende doeleinden aan en vraag mij ook wel eens af in welke mate ik in beeld ben van gemeenten. Het aanleveren van gegevens kost mij tijd, maar tegelijkertijd raak ik er niets mee kwijt. In mijn ogen win je ermee omdat je door het aanleveren van gegevens bijdraagt aan een algeheel belang, namelijk dat de zorg overeind en de sector gezond blijft”.

Kosten blijven dekken

Naast hem zit Rianne van Wieren, manager bedrijfsvoering bij Zorginitiatief de Bosk in Friesland. Het gesprek gaat ondertussen over een net zo essentieel onderwerp: het minimaal indexeren van tarieven, het dekken van kosten en de afstemming hierover met gemeenten. Ook in dit soort meer technische gesprekken over financiën blijft het zorghart kloppen: “We hebben allemaal een enorm zorghart en we willen het allerbeste voor de jongeren. Je zou alles voor ze willen doen, maar dat kan niet altijd. Want aan de andere kant is het belangrijk dat we de kosten blijven dekken”, vertelt ze openhartig. Gevraagd naar haar beeld en ideeën bij het EWS: “Ik zie de meerwaarde van het EWS en het zou zelfs mooi zijn als de gegevens die jeugdhulpaanbieders aanleveren onderling gedeeld zouden kunnen worden. Zo kun je misschien denken dat je verloop hoog is, maar kan dat in de praktijk best meevallen als je het vergelijkt met andere zorgaanbieders”. Vooralsnog heeft de Jeugdautoriteit niet de intentie om de gegevens openbaar te maken en dienen ze uitsluitend voor vroegsignalering, maar het is interessant te horen welke meerwaarde aanbieders in de beschikbaarheid van gegevens zien.

Beleidsadviseur Hananja van Ommen van Jeugdzorg Nederland vindt het belangrijk dat er een prettig en open gesprek is gevoerd over het EWS,  zo waren er terechte vragen bij aanbieders over deze extra uitvraag van gegevens, bovenop de vele verzoeken die aanbieders al krijgen.  “Toch snappen wij dat het nodig is en ondersteunen wij het belang om een landelijk beeld te krijgen van continuïteitsrisico’s, maar we vinden het wel belangrijk dat de JA ook kan handelen en doorzettingsmacht krijgt om de situatie te verbeteren indien dit nodig is.“

Meer informatie

Wilt u meer weten over het EWS van de Jeugdautoriteit en wat onze rol is bij het oplossen van continuïteitsrisico’s? Mail dan naar ews@jeugdautoriteit.nl of ga naar www.jeugdautoriteit.nl/ews.